II. De Plaats van God in het Scientology-geloof

De plaats van God in de overtuigingen van Scientology lijkt niet overheersend te zijn, zoals dat wel binnen het christendom, het jodendom en de islam het geval is, maar is duidelijk aanwezig. In het boek De Scientology Religie omschrijft het hoofdstuk over Leer en Praktijk haar missie als “om het individu te helpen bij de bewustwording van zichzelf als een onsterfelijk wezen en om hem te helpen de fundamentele waarheden aangaande zichzelf, zijn relatie tot anderen ... en het Opperwezen te bereiken en te realiseren”. Hier en in de vorm van gebruikelijke diensten wordt gesteld “we willen zijn zonden uitwissen, zodat hij goed genoeg kan zijn om God te herkennen”, en “het beste bewijs voor iemand voor het bestaan van God, is de God die hij binnen zichzelf vindt”. Het wordt erkend dat het leren over God binnen jezelf, en reïncarnatie, Scientology met oosterse en Indiase vormen van religieus gedachtegoed verbindt. Zo wordt het doel verwoord van “individuele verlossing in harmonie met andere levensvormen, het fysisch universum, en, uiteindelijk, het Opperwezen. Het is binnen deze oosterse traditie dat we de achtergrond van Scientology vinden”.

Er wordt over God gesproken als de Achtste Drijfveer, het hoogste niveau van realiteit dat iemand bereikt wanneer de Zevende Drijfveer, het spirituele universum, “in haar volledigheid is bereikt”. God en het spirituele universum worden ook “geclassificeerd als theta-universum”, en theta of thetan wordt beschreven als “spiritueel wezen” en de “persoon zelf”.

Er wordt over God gesproken als de Achtste Drijfveer, het hoogste niveau van realiteit dat iemand bereikt wanneer de Zevende Drijfveer, het spirituele universum, “in haar volledigheid is bereikt”. God en het spirituele universum worden ook “geclassificeerd als theta-universum”, en theta of thetan wordt beschreven als “spiritueel wezen” en de “persoon zelf”. Er is een voortdurend aandringen op de mens als spirituele entiteit en verwerping van materialistische verklaringen voor de oorsprong van de mens. De mens is onsterfelijk, hij heeft talloze levens geleefd en hij kan zich verheffen tot God. Dit lijkt inderdaad op een aantal Indiase religieuze geloven en het is belangrijk in de aanspraak die Scientology maakt om een religie te zijn.

III. Ceremoniën en hun Betekenis
DOWNLOAD HET WITBOEK