I.
SCIENTOLOGY EN DE SUBSTANTIEVE
DEFINITIES VAN RELIGIE

De substantieve definities van religie proberen religie te karakteriseren aan de hand van de intrinsieke kenmerken die de religieuze ervaringen hebben voor de beoefenaars ervan. Vanuit dit oogpunt worden die ervaringen als religieus gedefinieerd, die door individuen worden beschouwd als buitengewoon, transcendent en duidelijk verschillend van de alledaagse werkelijkheid zoals die meestal wordt ervaren. Wie zulke ervaringen heeft, kan ze niet verklaren met de gewone begrippen en theorieën waarmee men gebeurtenissen in het leven gewoonlijk definieert en verklaart. Dergelijke ervaringen komen echter als onmiskenbaar en werkelijker voor dan wat in de alledaagse wereld wordt ervaren. Paul Berger drukt het als volgt uit:

“In de context van religieuze ervaringen verliest de werkelijkheid van het dagelijkse leven dramatisch haar status van de opperste waarheid en verschijnt integendeel als voorbode van een andere werkelijkheid, die van radicaal andere aard is, maar toch van groot belang voor het individu. Door deze veranderde waarneming van de werkelijkheid worden alle wereldlijke handelingen gezien als duidelijk minder belangrijk, banaal of zoals in het boek Prediker staat, leeg en zinloos.” (Berger 1974, 130–131)

Religie wordt vanuit dit standpunt gedefinieerd als het rijk van het buitengewone, het heilige, “het andere”. Met andere woorden, religie is het gebied van activiteit en menselijk denken, dat op zijn beurt put uit de ervaringen die het individu in aanraking brengen met iets onverklaarbaars, wonderbaarlijks, mysterieus en groots dat niet kan worden verklaard door de ratio en de theorieën waardoor men zich van de gebeurtenissen in zijn leven bewust is. Religieuze instellingen definiëren en verklaren religieuze ervaringen.

De vraag of Scientology aan de bestaande definities van religie beantwoordt, komt neer op de vraag of Scientology rond een soort buitengewone ervaring draait die het individu in aanraking brengt met een wonderlijke en verrassende werkelijkheid van een andere orde, deze ervaring reguleert of verklaart. Het antwoord is mijns inziens bevestigend.

Naast het verhelpen van problemen en het bereiken van dagelijkse doelen, belooft de weg van Scientology aan wie zichzelf toelegt op het doorgronden van haar praktijken, een geleidelijke groei naar een blijvend geluk en nieuwe, voorheen onmogelijk geachte bewustzijnsniveaus. Het hoogtepunt van deze bewustzijnsniveaus houdt een ervaring in van totale vrijheid, waarin het individu in staat is om het fysisch universum van materie, energie, ruimte en tijd te beheersen en een volledige alwetendheid te bereiken. Het bewustzijnsniveau van leven en dood en van het universum worden iemand dus geheel duidelijk. De Scientology Kerk verklaart:

“De mens bestaat uit drie delen: het lichaam, nauwelijks meer dan een machine; het verstand, verdeeld in het analytische en het reactieve deel, dat berekent en nauwelijks meer bevat dan een verzameling plaatjes; en de thetan – het leven zelf, het spirituele aspect – die het lichaam leven geeft en het verstand gebruikt. ... Het gaat erom dat de thetan hoger staat dan zowel het lichaam als het verstand. ... Wat zijn echter zijn grenzen? Hoe hoog kan hij uiteindelijk opklimmen?

Uit de zoektocht naar het antwoord op deze vragen ontstond Scientology, en de poort naar de volledige realisatie van spiritueel potentieel opende zich.

Deze staat wordt Opererende Thetan genoemd. Hoewel de thetan zonder massa, beweging, golflengte of locatie in ruimte of tijd is, is hij niettemin in staat om alles te bereiken. De Opererende Thetan of OT kan dus worden gedefinieerd als een wezen dat ‘bewust en bereidwillig is om oorzakelijk te zijn over leven, gedachte, materie, energie, ruimte en tijd’.

Er wordt dus niet voor niets van Scientology gezegd dat zij de meest fundamentele hoop van de mens op spirituele vrijheid realiseert – door de hindernissen die zich in de loop der jaren hebben opgestapeld, een voor een te verwijderen en terug te keren naar onze oorspronkelijke staat, met alle vermogens die wij inherent bezitten.” (Het Scientology Handboek, pagina lxxxv.)

Een uitgave van de Kerk beschrijft de resultaten die kunnen worden verkregen door het bereiken van het ultieme niveau van Opererende Thetan als volgt:

“Deze waarheden zijn essentieel voor je voortbestaan als Opererende Thetan en je vermogen om spiritueel geheel vrij te worden. Je begrip van tijd, toekomst en verleden, zal plotseling veranderen, en je zult een onvergelijkbaar nieuw niveau van stabiliteit en bewustzijn ervaren, dat je in dit en volgende levens zult behouden.” (Source Magazine 99:21)

Het onderscheid tussen deze ervaring van vrijheid en alwetendheid enerzijds en de gewone menselijke ervaringen anderzijds, is duidelijk. Bovendien zegt de doctrine van Scientology dat wie de weg volgt die zij heeft uitgestippeld, de ervaring van “exteriorisatie” kan bereiken waarin de thetan (geest) het lichaam verlaat en bestaat in een van het lichaam onafhankelijke vorm. Na exteriorisatie kan iemand zien zonder de ogen van het lichaam, horen zonder oren en voelen zonder handen, waardoor hij er zeker van is dat hij zichzelf is (de thetan) en niet zijn lichaam. Volgens Scientology maakt de exteriorisatie van de thetan duidelijk dat de ziel onsterfelijk is en begiftigd met vermogens die ver uitstijgen boven wat men met gewoon redeneren zou kunnen voorspellen:

“De thetan is in staat om het lichaam te verlaten en onafhankelijk ervan te bestaan. Geëxterioriseerd kan iemand zien zonder lichamelijke ogen, horen zonder oren en voelen zonder handen. Voorheen wist de mens maar heel weinig over deze ontkoppeling van zijn geest en lichaam. Door de exteriorisatiehandeling die met Scientology bereikt kan worden, verkrijgt iemand de zekerheid dat hij zichzelf is en niet zijn lichaam.” (Wat is Scientology? 1992:147)

Scientology beantwoordt daarom aan de substantieve definitie van religie zoals die tegenwoordig in de sociale wetenschappen wordt gehanteerd.

Samengevat bekleden religieuze ervaringen die buitengewoon en niet-alledaags zijn, een centrale plaats in Scientology, net zoals trouwens in de vele religies die internationaal de afgelopen tientallen jaren voor “religieus oproer” zorgden (onder meer de religies van oosterse origine, de pinksterbeweging en de Afro-Amerikaanse religies). Net zoals in andere religies zijn dergelijke ervaringen enerzijds gemotiveerd, gereguleerd en geïnterpreteerd door doctrines, en worden zij anderzijds opgevat als bewijs van de juistheid van de kosmische visie die de groep erop nahoudt. Scientology beantwoordt daarom aan de substantieve definitie van religie zoals die tegenwoordig in de sociale wetenschappen wordt gehanteerd.

II. Scientology en de Vergelijkende Definities van Religie
DOWNLOAD HET WITBOEK